Pastoor Johann van de Kamp – Uedem

Zonder geluk vaart niemand wel

Zou de titel van dit verhaal kunnen zijn en dat is dus zo.
Mijn onderzoeksgebied is het Kleefse Land waar aanwijsbaar sinds circa 1600 mijn familie woonde en nog woont. Via een volle neef uit Münster kreeg ik een ‘Gebetbuch’ in veertiende druk van 1904, dat een vriend van hem op een rommelmarkt in Osnabrück had aangetroffen (onderstaande afbeelding links).
Hierdoor ontstond weer een stukje familiegeschiedenis die door toevallige vondsten van anderen en door eigen onderzoek zijn bestaansrecht ontleent. Deze neef was zo vriendelijk mij dat kerkboek te schenken.
De titelpagina van dat boek was met een voor die tijd gebruikelijk rood en gouden kader en tierlantijnen verluchtigd. Omdat ik dat zo mooi vond en het liep tegen de jaarwisseling aan, gebruikte ik deze mooie titelpagina als nieuwjaarskaart voor mijn genealogische vrienden en relaties. Daar deed ik goed aan want daarop volgde prompt een ander kerkboek en nu een tweede druk uit 1850 (onderstaande afbeelding rechts) met een uitgebreid dubbel bidprentje, dat ook onderstaand te zien is.
Hierop stond uitgebreid beschreven dat hij op 26 augustus 1805 in Beylerward in de parochie Huisberden was geboren. Op 16 juni 1832 werd hij tot priester gewijd. Zijn eerste standplaats werd Kleef waar hij negen jaren onvermoeid zijn priesterschap vervulde. In de herfst van 1841 kreeg hij als nieuwe standplaats de parochie Qualburg. Waar hij zich zeven jaar lang met de grootste plichtsbetrachting aan het zielenheil van zijn medemensen wijdde. In 1848 werd hij tot pastoor in Uedem benoemd.

Hoe hij hier in de 21 jaren van zijn pastoraat met onvermoeide dadendrang en met de grootste zielenijver in de wijngaard van de Heer werkte, waar hij aan het christelijke onderricht van de jeugd en de volwassenen voor de bloei van de kerk en de deugdzaamheid, voor het goed gedijen van het schoolonderricht, voor de verfraaiing van de kerk, de verpleging van de zieken en door het bouwen van een ziekenhuis zorg droeg, is iedereen in de parochie bekend.
Meerdere jaren leed hij aan ademnood, wat steeds langzaam aan verslechterde, waardoor hij het ambt van schoolinspecteur, dat hij vele jaren met liefde en trouw in het decanaat vertegenwoordigde in dit jaar moest neerleggen. Echter voorzag hij nog altijd met opoffering van zijn laatste krachten zijn ambt als pastoor en zielenherder. In de laatste drie weken waar hij aan het ziekenhuisbed gekluisterd werd hield hij zich nog uitsluitend met zijn eigen zielenheil bezig; dikwijls ontving hij met groot verlangen en met innige aandacht de H.H. Sacramenten, zijn geduld en gelatenheid was stichtelijk. Zijn Godsvertrouwen bleef als altijd dezelfde ook bij de grootste benauwdheid en ademnood. Dat de ontslapene waardig bevonden moge worden de kroon van het eeuwige leven te ontvangen.

Zouden echter nog menselijke zwakheden en onvolkomenheden aan zijn ziel mogen kleven, dan zal hij het offer van de eerwaarde priester, namelijk zijn ambtsbroeder en de vrome gebeden van de familie en vrienden in bijzonder de kinderen van zijn parochie en iedereen aan wiens zielenheil eens aandacht schonk, aanbevelen, waardoor hij spoedig in vrede moge rusten.
Aldus vrij vertaald de tekst van het bidprentje. Zouden wij dat zo nog kunnen zeggen.
De eerste vragen na het in het bezit komen van het kerkboek zijn hiermee beantwoord. Zijn afkomst en een belangrijk deel van zijn leven zijn nu bekend. Om nog meer over Pastoor Johann Heinrich van de Kamp te weten te komen heb ik zijn necrologie bij het Diözesanarchiv in Münster opgevraagd. Helaas waren daar geen gegevens van aanwezig. Vermoedelijk is dat terug te voeren op het feit dat het Diözesanarchiv in Münster in de tweede wereldoorlog is afgebrand. Het enige wat ik aan nieuws daar van hem kon vinden was een lijst van de schoolinspecteur Johann Heinrich van de Kamp uit Uedem.

Overlijdensakte

Schoolinspecteur

Schoolinspecteur Uedem: Johann Heinrich van de Kamp uit Huisberden pastoor, ± 3000 zielen

26-08-1805 Geboorte
16-06-1832 Priester gewijd
06-07-1848 Schoolinspecteur Uedem

Schoolzorg Kreis Decanaat Calcar

Plaats Aantal onderwijzers
 1 Altcalcar 1x
 2 Appeldorn 2x
 3 Bedburg 1x
 4 Calcar 3x + 1 hulponderwijzer
 5 Grieth 3x + 1 lerares
 6 Hönnepel 1x
 7 Huisberden 2x
 8 Keppelen 2x
 9 Niedermörmter 1x
10 Qualburg 2x
11 Till 1x
12 Uedem 5x
13 Wissel 2x

Stamreeks van Pastoor Joannes Henricus van de Kamp

Via de Burgerlijke Stand van Uedem kwam ik in het bezit van zijn overlijdensakte en daarmee de namen van zijn ouders. Dat verwees mij naar het Städtische Archiv In Kalkar en daar vond ik de huwelijksakte van zijn ouders en grootouders. (dat is allemaal zo vlug geschreven!) Nu was er genealogisch gezien het belangrijkste bekend. Ik had zijn plaats in de familie gevonden. Hierna zijn stamreeks.

Generatie I.
Friederich (Fritz) van de KAMP, gestorven vóór 1800. Gehuwd met Maria ARNDS.
Uit dit huwelijk:

Petrus, geboren op 24-02-1758 in Beylerward. (zie II)

Generatie II
Petrus van de KAMP (Camp), landbouwer in Beylerward, geboren op 24-02-1758 in Beylerward. Burgerlijk huwelijk met 42 Jaar op 19-10-1800 in Appeldorn (D) Getuigen: Gerard van Merwick; Henrich van Merwick, 30 jr; Johannes Diebels, 32 jr en Stephan Arends, 25 jr, broeder van de 24-jarige Joanna ARNDS / ARNTZ (Arndts Arntzen etc), geboren op17-08-1776 in Hönnepel, gedoopt (RK) op 09-04-1777 in Hönnepel. (De vraag is hier welke de goede datum is …..!) Gestorven op 02-05-1852 in Huisberden ? met 75 Jaren.
Uit dit huwelijk:

Fredericus, geboren op 09-07-1802 in Beylerward, gedoopt (RK) op 13-07-1802 in Grieth (Doopgetuigen: o.a. Joannes Rulofs).
Joannes Henricus, gedoopt op 26-08-1805 in Grieth. (zie III)
Joanna Maria ook Mechtild, gedoopt (RK) op 20-07-1809 in Grieth. Susc.: Jacobus Vogelsang, qui stetit loco Reiniri van de KAMP et Sybilla Braam, vidua Th. Klaassen), gestorven op 17-10-1843 om 10.00 uur in Hönnepel (D) met 34 jaren. Gehuwd met Heinrich BRÜCKER, geboren circa 1810 in Beylerward (D).
Joanna, gedoopt (RK) op 14-10-1813 in Grieth (Doopgetuigen: o.a. Reinirus van de KAMP). Gehuwd voor de kerk (RK) met 28 jaar op 09-08-1842 in Huisberden met Jacobus Theodorus HEISTERKAMP, geboren ..-04-1816 in Beylerward.

 

Tijdens de volkstellingen van 1802 en 1803 bestond het gezin uit de volgende personen:

Pierre van de KAMP 50, (geb. 1758 !) (Peter)
Jeanne Arntz (Arends) 26 (Johanna)
Etienne van de KAMP17, dienstknecht (Stephan)
Marie van de KAMP 40, dienstmeid (Maria)
Gerard van de KAMP 15, dienstknecht (Gerhard)
Jeanne Wintges 23, dienstmeid (Johanna)
Gerard van de Sandt 9 (Gerhard)
Frederic van de KAMP 1, Sohn (Friedrich)
Henry Gamers Henriette Kosters 15, dienstmeid (Henrica)
Jean Wilmsen

De leeftijd van Pierre van de Kamp is hier verkeerd weergegeven. Deze moet 45 jaar zijn in plaats van 50. Vaak vind men grote verschillen tussen geboorte- en doopdata, vooral in de franse tijd. Deze vallen extra op bij het vergelijken van data met volkstellingen en burgerlijsten zoals b.v. hierboven. Ik ben van mening dat in dergelijke gevallen de doopdata de meeste zekerheid geven.
De familie leefde op de Swaderkath in Beylerward, volgens een ‘Staat der Nationale Domeinen’ ten tijde van de Franse Republiek omvatte het boerenbedrijf 21 morgen en 12 roeden landbouwgrond en 30 morgen en 68 roeden weidegrond dat aan de koning van Pruisen toebehoorde. Johann Heinrich en zijn zusters moesten toen nog geboren worden.

 

Generatie III
Joannes Henricus van de KAMP (Camp), o.a. kapelaan in Kleef en pastoor in Uedem, gedoopt (RK) op 26-08-1805 in Grieth (doopgetuige: Wilhelmina van de CAMP), overleden 30-12-1869 om 16.00 uur in Uedem met 64 jaar. Op 16-6-1832 in Münster tot priester gewijd. Aanstelling als kapelaan in Kleef. In 1841 Benoemd tot pastoor in Qualburg. In 1848 benoemd tot pastoor in Uedem en als schoolopziener van het dekenaat Uedem. Auteur van een ‘Gebet- und Erbannungs-Buch’ voor de opgroeiende jeugd. Tweede vermeerderde druk 1860, 14e druk 1904.

Stipendium

Gerhard Schmitz in Speelberg bij Emmerik voor Johann Heinrich van de Kamp
Kandidaat Theologie te Münster. 4 september 1830 / No 344

‘Voor mij Friedrich Thomae, koninklijk Pruisische, te Kleef wonende notaris en de beiden hiertoe in het bijzonder verzochten terzelfder plaats woonachtige getuigen Wilhelm de Greeff, pedel van het Gymnasium en Wilhelm Grohskämper, schoenmaker;verscheen de ‘Oekonoom’ (heerboer) de heer Gerhard Smitz, wonende op het Gut Busch in de gemeente Speelberg, dorp Klein Netterden, gemeente Emmerik, Kreis Rees, aan de rechter Rijnoever en verklaart, dat de kandidaat in de Rooms Katholieke Theologie de heer Johann Heinrich van de Kamp, geboren in Grieth gemeente van gelijke naam, Kreis Kleef, zich aan zijn studie in Münster gaat wijden en thans tot de hogere wijdingen wenst toegelaten te worden, waartoe het hem echter aan de nodige middelen ontbreekt; om dit gebrek nu op te heffen heeft hij comparant verzocht het noodzakelijke bedrag voor de voornoemde Johann Heinrich van de Kamp, zijn neef de nodige middelen te waarborgen; de heer comparant verklaart derhalve, dat wanneer Johann Heinrich van de Kamp tot de hogere wijdingen wordt toegelaten, hij hem voor het geval dat hem geen kerkelijk inkomen uit een beneficie wordt verleend of in de toekomst door ziekte of onvermogen buiten de uitoefening van zijn ambt zou komen te staan om zich als geestelijke op een fatsoenlijke wijze in zijn onderhoud te voorzien, daarop uit het vermogen van de comparant jaarlijks vijftig thaler ‘Conventions Münze’ in twintig gulden – Susze’ (?) te zullen laten uitbetalen en zal zich hiermee daartoe verplichten.

De comparant beloofd zulks hiermee voor zich en zijn erfgenamen onder verbondenheid van zijn totale have en goed en tot meerdere zekerheid van zijn verplichting; verpandt hij als speciaal onderpand een obligatie ten bedrage van duizend vijfhonderd thaler Pruisisch courant uitgegeven in het koninklijk ‘Land und Stadtgericht’ te Emmerik de vijftiende september achttienhonderd negen en twintig, waarvan de heer comparant de hem van voornoemd gerecht medegedeelde hoofdvonnis heden overlegd heeft, en welke hem door de landbouwer Cornelius Alofsen, wonende op de, in de bovengenoemde Speelberg gelegen, Kordewerkers-Gut, verschuldigd is, als ook vervolgens dat, de aangehechte hypotheekakte van de geldlening, ‘secundo loco’ op het zoeven genoemde goed welke in totaal een en twintig morgen driehonderd acht en dertig Hollandse roeden aan woonerf, tuin en weidelanderijen buiten de woon- en bedrijfsgebouwen en waarop ‘primo loco’ een duizend driehonderd zeven en dertig thaler vijftien Groschen Pruisisch courant, voor de helft van de achterstallige kooppenningen borgstaat, is ingeschreven; de heer comparant verpandt vervolgens, zoals gezegd, ten behoeve van bovenstaande de thans genoemde obligatie en het kapitaal waar van zij spreekt en staat toe dat deze verpanding wanneer dat nodig is en opgevorderd zou mogen worden in de hypotheekboeken van Emmerik bij de betreffende inschrijving onder Speelberg, Klein Netterden band één, folio een en veertig, nummer twee, aangemerkt en ten uitvoer gelegd wordt.

Alle bovenstaande verklaringen van de heer comparant worden hiermee voor de aanwezige en mede verschenen landbouwer Friedrich van de Kamp, woonachtig te Beylerward gemeente Grieth, broeder van de bovengenoemde kandidaat, voor, namens en ten voordele van de laatstgenoemde, aangenomen.

Tegelijkertijd verscheen hierbij de bovengenoemde schuldenaar Cornelius Alofsen, aan wie de door mij als notaris ondertekende voorgaande verhandeling werd voorgelezen en uitgelegd en die zich daarna hiermee verplicht het hierboven verpande kapitaal niet aan zijn schuldeiser af te dragen zolang de daaraan gekoppelde verpanding nog duurt en bestaat ter vermijding van dubbele betaling. Ter voltrekking van deze akte kiezen allen aan mij notaris met naam, beroep en domicilie bekende comparanten in het wettige verblijf in het ambtskantoor van de ondertekenende notaris, waar voortdurend alle dienovereenkomstige handelingen geldig kunnen worden verricht.

Voor het afsluiten van deze akte verklaart de eerste comparant de heer Gerhard Smitz nog plechtig, dat tussen hem en de eerder genoemde Johann Heinrich van de Kamp niet de geringste nevenovereenkomst slaande op het onderwerp van de huidige overeenkomst is afgesloten dan wel bestaat.

Zo geschiedde te Kleef in mijn kantoor, de vierde september van het jaar achttienhonderd en dertig en hebben de drie comparanten, na plaatsgevonden voorlezing met de getuigen en mij notaris ondertekend. Het stempel bedraagt vijftien ‘Groschen’.

Zo werd bekend door wie en waarmee hij werd ondersteund om zijn opleiding te kunnen voltooien.

1948 – feest

Bij een toevallig bezoek aan het Stadtarchiv in Geldern vroeg ik aan de archivaris dhr. Tekath of ik hier nog iets over Van de Kamp zou kunnen vinden en jawel hoor. Hij had een oude kroniek gevonden van burgemeester Abraham Pelzer over de periode van 1794 tot 1850. Het volgende stond daar bij 6 september 1948 geschreven:

‘Op deze dag wordt de sinds 10 jaar bij het gymnasium in Kleef als kapelaan en godsdienstleraar en sinds 7 jaar als pastoor van de parochie in Qualburg en nu als pastoor van de parochie in Uedem benoemde heer Johann Heinrich van de Kamp, geboren in Wissel op de 26e augustus 1805 hier in zijn ambt is ingehaald en dat uit de volgende feestelijkheden bestond.
’s Morgens vroeg hadden het gemeente- en kerkbestuur als ook enige notabelen van Uedem zich naar Kalkar begeven, om daar de pastoor te begroeten, al waar ook het regionale bestuurshoofd de heer Von Haeften uit Kleef reeds aanwezig was.
Even na achten werd de tocht naar Uedem onder begeleiding van de heer deken Peters en meerdere heren geestelijken aangevangen. Aan de grens van Kalkar werd de door de parochie opgestelde eregarde te paard begroet en sloot zich bij de stoet aan om die verder te begeleiden.
Op de grens van de gemeente Uedem hadden zich een compagnie jonggezellen die met vlaggen en trommels opgesteld en die na gedane begroeting vooraan de stoet naar de stad trok. Bij de poort van de stad bevonden zich enige heren geestelijken, de onderwijzers van de parochie met de schoolkinderen, de muziek en zangvereniging en enige in het wit geklede met sierlijke linten omwonden meisjes.
Er werd nu uitgestapt en de pastoor begaf zich enkele ogenblikken in de woning van Kapelaan Willemsen, terwijl de bereden eregarde doortrok en zich op de markt voor de kerk opstelde. Toen de pastoor uit de kapelaniewoning terugkeerde werd hij door enkele van de bovengenoemde met een krans omhangen, waar een van deze de feesteling met een rijke en passende rede welkom heette, drie bruidjes droegen de religieuze symbolen. In de optocht waren de jonggezellen met hun vlaggen, de onderwijzers met hun klassen, de muziek- en de zangvereniging, daarna volgde de pastoor en de geestelijkheid, het regionale en plaatselijke bestuur, de parochie- en gemeenteraad, zoals ook de het plaatselijk armbestuur van de parochie, en zo zette de optocht onder het gelui van de klokken en afwisselend met muziek en gezang zich in beweging naar de kerk, waar de nieuwe pastoor Van de Kamp de hoogmis met assistentie van twee geestelijken celebreerde. Na beëindiging van H. Mis ging de optocht in dezelfde volgorde naar de pastorie, waar de pastor de gelukwensen van zijn begeleiders en meerdere notabelen in ontvangst nam.
’s middags was er een feestelijke maaltijd in de pastorie, waaraan meerdere heren geestelijken van het regio- en plaatselijk bestuur, de parochieraad en de familie van de feesteling deelnamen.
Tijdens de feestelijke bijeenkomst werd verschillende malen een toast uitgebracht, en ’s avonds verzamelden zich de muziek- en zangvereniging in de tuin van de pastorie waar passende muziekstukken en gezangen opgevoerd werden.
Hierop liet notaris Diederich een door hem op touw gezet kunstig vuurwerk onder geknal en uiteenspattende bollen afsteken, hetwelk vele toeschouwers aanlokten, en zo eindigde dit vrolijke feest’.

Extra informatie

Hierna is mij via nog een stuk toegekomen. (hieruit blijkt hoe belangrijk bevriende medegenealogen zijn) waarvan hier de volgende kanttekening:

Ten behoeve van de aflossing is aan het echtpaar Tünnissen op de eerste september van achttienhonderd vier en vijftig een afschrift gegeven.

‘Voor de ondergetekende te Kleef woonachtige koninklijke Pruisische notaris Joseph Hopmann, verscheen de katholieke pastoor de heer Johann Heinrich van de Kamp, voorheen te Qualburg heden in Uedem woonachtig en verklaarde dat hij hier mededeelt toe te stemmen in de aflossing die tot zijn voordeel strekt, tegen de landbouwer Lambert Theunissen en zijn echtgenote Anna Maria geboren Keijzers beide te Qualburg in de gemeente Till woonachtig, ter zekerheid van een kapitaalsom van negentienhonderd vijftig thalern Pruisisch Courant in hypotheek, ten kantore te Kleef op negentien juni achttienhonderd vijf en veertig, folio honderd, nummer vijfhonderd twee en zestig genomen en nog bestaande hypothecaire inschrijving in het welke de bovengenoemde vordering niet meer bestaat.
Waarvoor deze oorkonde gepasseerd aan welke de comparanten, ten overstaan van de hierna genoemde getuigen is voorgelezen en door hem is goedgekeurd.

Gedaan te Kleef ten kantore van de ondergetekende notaris, de eerste september achttienhonderd vier en vijftig ten overstaan van de beide getuigen, Heinrich Brundt, kleermaker en Lambert Brundt, schoenmaker, beiden woonachtig te Kleef en hebben na gedane voorlezing, de heer Comparant en de getuigen met de dienstdoende notaris de alle bij deze verhandeling aanwezige personen met naam, beroep en woonplaats bekend zijn navolgend ondertekend’.

Zo langzamerhand kwam je en kom je misschien nog steeds meer over de persoon Johann Heinrich van de Kamp te weten.

Dank: Met de transcriptie heb ik hulp gehad van Mevr. Martha Fürtjes-Egbers uit Rindern (D).
Dhr. Evert Kam uit Nijmegen heeft een deskundig oog op mijn Nederlandse vertaling losgelaten, er is immers altijd nog iets voor verbetering vatbaar gebleken.

Jos van de Kamp

Notitie van Hedwich: Hoe deze van de Kamp precies verwant is aan de personen in ‘onze stamreeks’ is niet goed te bepalen. Wel dat de verwantschap bij de eerste van de Kamps moet liggen. Peter van de Kamp geboren rond 1650 in of in de buurt van Griethausen heeft een zoon genaamd Friedrich die in 1691 geboren wordt in Hanselaer. Hanselaer behoort net als Appeldorn tot de stad Kalkar. Deze Friedrich kan de grootvader zijn van de Fritz die Jos bij generatie I noemt.

Terug
Naar schema van de Kamp