Een antwoord leid vaak tot nieuwe vragen

Huijs Nommer 125, het huidige café De Kroon, (voorheen van Aalst) aan de Kerkstraat in Oud-Zevenaar, was destijds de ambtswoning van koster/schoolmeester Peter van de Kamp. Geboren in 1763 in Warbeyen (D) en overleden in Oud-Zevenaar 1832.
Hij was de eerste van vier generaties Van de Kamp die hier achtereenvolgens gewoond hebben. De laatste Gerardus Petrus was mijn grootvader. Hier vond ruim een eeuw familiegeschiedenis plaats.

Op de foto staat de kosterswoning aan de dijk in Oud-Zevenaar

Waar het nu bij familie onderzoek om gaat is echter niet alleen je voorouders op een rijtje te zetten, maar ook vooral de geschiedenis, de verhalen daarom heen te onderzoeken en op te schrijven. Dat het ontsluieren van die geschiedenis niet altijd over rozen gaat, een antwoord vaak tot nieuwe vragen leidt en je een beetje geluk niet mag ontberen, wordt in onderstaand verhaal duidelijk gemaakt.

In het bevolkingsregister in het Streekarchivariaat De Liemers en Doesburg trof ik het volgende kattebelletje
aan:
‘Begroting der huishouding’ van Peter van de Kamp uit 1828. Hierop staat als vijfde persoon vermeldt een zekere ‘Hanna van de Kamp 8 jaar’. Deze Hanna was op geen enkele manier door mij thuis te brengen.
Dit maakte mij daarom extra nieuwsgierig. Hiermee ving, zoals zo vaak, een zoektocht aan, die enkele jaren zou duren. Tot ik later een extract aantrof uit Mechelen (B), ooit mij aangereikt door een goede vriend van een familielid, betreffende het overlijden op 8 September 1825 van een zekere ‘Joannis van de Kamp inboorling dezer Gemeente te Mechelen provincie Antwerpen’, begon voor mij de ontknoping te dagen. Maar dat wist ik toen natuurlijk nog niet.

Twee zaken die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben. Met als eerste Hanna van de Kamp, die in geen enkel geboorteregister in mijn zoekgebied (Zevenaar en het Land van Kleef) te vinden was, althans niet rond het jaar 1820, maar die juist als de grote onbekende, mij zo nieuwsgierig maakte. Met als tweede het extract van een overlijdensakte, van een zekere Joannis van de Kamp uit 1828, die mij onverwacht in de schoot werd geworpen en mij op het goede spoor zou brengen.

Van Joannis van de Kamp stonden geboorteplaats en -datum vermeld in de overlijdensakte in 1825.
‘Oud Zevenaar 30 October 1797, echtgenoot van Elisabeth van de Weering, zone van Petrus van de Kamp en Johanna Aüfman’. In het doopboek van de eeuwenoude Martinusparochie te Oud-Zevenaar was deze notitie snel gevonden. De voor mij onbekende Johanna Aüfman werd toen de bekende Johanna Hoffmans, de eerste echtgenote van de ‘Grootvader van mijn overgrootvader’.
Ik beschikte al over een fotokopie betreffende een doop met een uitgebreid bijschrift betreffende de doop van een dochter Helena Joanna ‘filia illegitima Joannis van de Kamp et Elisabethae van deWetering acatholicae’ in 1823. Ondanks dat hiet ook de naam van de echtgenote anders gespeld was, twijfelde ik er niet aan dat deze Joannis van de Kamp op de een of de andere manier getrouwd was met deze Elisabeth. In 1828 was dit kind dus pas 5 jaar.

Bij controle in het bevolkingsregister van Zevenaar uit 1825 bleek in het gezin van Peter van de Kamp en Johanna Hoffmans een kind van vier jaar aanwezig, met de vermelding (nicht), geboren in Haarlem op 12 of 14 of 17 september 1820 of 1821, dat was allemaal niet duidelijk te lezen. Ook de plaats Haarlem werd door mij later pas toen ik wist wat er moest staan herkend.
Bij de broers van Peter van de Kamp, was geen enkele geboorte van een meisje rond 1820 te vinden. Waar moest ik dit nichtje Hanna van de Kamp anders zoeken? In 1828 maakte de 8-jarige Hanna, zoals bovenaan vermeld, nog steeds deel uit van het gezin. Van die Joannis van de Kamp stonden geboorteplaats en -datum vermeld in de Mechelense overlijdensakte van 1825. ‘Oud-Zevenaar 30 October 1797, echtgenoot van Elisabeth van de Weering, zone van Petrus van de Kamp en Johanna Aüfman’. In het doopboek van de eeuwenoude Martinusparochie te Oud-Zevenaar was zijn geboorte snel gevonden. De voor mij onbekende Johanna Aüfman werd toen de bekende Johanna Hoffmans, de eerste echtgenote van Peter van de Kamp, RK koster en schoolonderwijzer te Oud-Zevenaar.
Ik beschikte al over een fotokopie betreffende een herdoop in Oud-Zevenaar met een voor mij onleesbare niet al te duidelijke notitie, betreffende een zekere Helena Joanna ‘filia illegitima van Joannis van de Kamp en Elisabeth van de Wetering acatholicue’ en geboren te Haarlem in 1821. Van Elizabeth van de Weering was nu ook snel van de Weetering gemaakt. In 1828 zou Hanna dus 7 jaar zijn.
Het werd nu de hoogste tijd een bezoek aan een bevriende latinist te brengen en dat bracht snel duidelijkheid.

‘Sub Cond: Helena Joanna filia illegitima Joannis van de Kamp et Elisabeth van de Wetering, niet katholiek pas bekeerd. Wettiging is gevolgd door een huwelijk gesloten op 5 februari 1823.
NB. Voornoemd klein meisje, geboren te Haarlem (nata Haarlemii) op 12 september 1821 is aldaar gedoopt door een Predikant. Vanwege voldoende gegronde twijfel of een doopsel door Protestantse Bedienaren, toegediend krachtens de nieuwe formule van hen, voorgeschreven door de Gereformeerde Synode van Holland in 1818, n.l. “Ik doop U in de Naam van God de Vader de Zoon en de H. Geest”, geldig is en omdat meestal bij de geleerden en de bedienaren van die lieden in deze tijd het geloof gebrekkig is aan Jezus Christus de enige Zoon van God en in de Allerheiligste Drieëenheid, heb ik haar onder die omstandigheden herdoopt’.

Hanna was dus het onechte kind van Joannes, de zoon uit het eerste huwelijk van Peter van de Kamp en Johanna Hoffmann. Magdalena Elizabeth van de Wetering ging dus na de herdoop als Helena Johanna verder door het leven. Peter van de Kamp was dus haar grootvader, en niet haar oom, hij was tevens peter bij haar doop en Wilhelmina van Luenen, Peter’s derde vrouw, haar stiefgrootmoeder was meter. Hanna werd bij het kerkelijk huwelijk van haar ouders, dat op 5 februari 1823 plaatsvond in de St. Martinuskerk te Oud-Zevenaar ook voor de kerk erkend. In tegenstelling zoals op bovenstaande doopinschrijving is aangegeven bleek dat wettiging reeds had plaats gevonden bij het wettig huwelijk in Haarlem op 8 januari 1823. Het zoeken was dus verlegd naar Haarlem. Wellicht was de leeftijd van 19 jaar van Elizabeth van de Wetering tijdens de geboorte de aanleiding dat het huwelijk niet al in 1820 heeft plaatsgevonden. De huwelijksakte vermeldt in het renvooi als Hanna’s geboortedatum 1821! De geboorteakte geeft echter 1820 aan. Dit moet dus het juiste geboortejaar zijn.
De. speurtocht door een familielid in de Haarlemse archieven naar Hanna alias Helena Joanna leverde ook de nodige problemen op. Het zoeken op de naam van de K(C)amp in de periode 1815-1823 leverde niets op. Ook een huwelijk omstreeks 1820 en daarvoor werd daar niet gevonden. De naam Van Weering zoals vermeld in het extract van de overlijdensakte uit Mechelen (B) leverde ook niets op. Totdat, de moed niet opgevend, een geboorteakte van een zekere Magdalena Elizabeth van de Wetering werd gevonden! Echter een jaar eerder dan het Oud-Zevenaarse doopboek vermeld. In 1820 dus! De naam van de vader wordt in deze akte echter niet vermeld, maar in de kantlijn stond geschreven:

‘Dit kind is door derzelve ouders Johannes van de Camp en Elisabeth van de Wetering, erkend bij derzelve trouwakte in dato den 8e januarij 1823 te vinden in het trouwregister van dat jaar.’

Geboorteaangifte

Dit renvooi en die op de huwelijksakte van 1823 bracht tenslotte de noodzakelijke duidelijkheid over de identiteit van Hanna, alias Magdalena Elisabeth alias Helena Johanna. Alle stukjes van de puzzel waren nu op zijn plaats gevallen.
Je kunt je natuurlijk afvragen waarom waren mij niet eerder de geboorteplaats en -datum zijn opgevallen. De doopnamen – Helena Joanna – plus het onduidelijke Latijnse verhaal gaven daar geen aanleiding toe. Ook vallen herinneringen dienaangaande niet altijd op hetzelfde moment samen. Toen echter de eerste regels van de vertaling plaats vonden ging er wel meteen een enorme lamp branden! Helena Joanna en Hanna konden best één en dezelfde persoon zijn en zij heeft bij de geboorte haar moeders achternaam meegekregen.
Wat deed Hanna nu op vierjarige leeftijd in het gezin van Peter van de Kamp belanden en groeide daarop tot jongedame?
We hebben gezien dat haar vader in 1825 is overleden. Haar moeder was ten tijde van de geboorte 19 jaren oud en bij haar huwelijk 21. Toen haar man stierf was zij dus 23 à 24.

Van Hanna weten we dat ze later in mei 1840 weer vanuit Emmerik terugkeerde naar de weduwe van Peter van de Kamp, Wilhelmina van Luenen zijn derde vrouw. In Mei 1846 vertrekt Hanna naar Didam. Wanneer ze naar Emmerik was vertrokken is onbekend, evenmin waar ze in Didam gebleven is. Tot zover dus einde verhaal.
Over Johannes van de Camp staat in de trouwakte overigens vermeld ‘zonder beroep’. Op het certificaat van de Nationale Militie afgegeven te Arnhem op 3 december 1822 wordt als beroep vermeld ‘Smit’, vervolgens dat ‘aan hem bij loting is ten dele gevallen het nommer 15 hetwelk tot heden niet opgeroepen zijnde, hem tot geenen dienst heeft verpligt’. Op het extract uit de registers der overledenen van de heer Gouverneur van Antwerpen vinden we dat Johannes hoefsmid was bij de achtste compagnie van het ‘Regiment Ligte Dragonders Nr 5 in garnisoen binnen deze stad’.

Of Elisabeth v.d. Wetering ooit in Oud-Zevenaar heeft gewoond is niet waarschijnlijk. Op 31 mei 1825, ruim acht maanden na het overlijden van Johannes, huwde zij te Haarlem met ‘Pierre François Peel, jongeman, 25 jaar, hoefsmid bij de afdeling Kurassiers Nr. 9, geboren te Brugge, provincie West Vlaanderen.’ Gezien zijn beroep, waarschijnlijk een dienstmaatje van Johannes. Lang heeft dit huwelijk ook niet geduurd, want op 1 december 1827 overleed Pierre Peel in Haarlem. ‘Man van Elisabeth van de Wetering, geene kinderen noch vaste goederen’ Nog geen jaar later, op 27 november 1828 overleed ook Elisabeth ‘laatst weduwe van Pieter Franciscus Peel, nalatende kinderen en minderjarigen doch geen vaste goederen.’

Extract uit de registers der overledenen van de heer Gouverneur van Antwerpen:

‘Op heden den achtsten September des jaars achttien honderd vijf-en-twintg, des voorde middags ten negen uren, hebben wij Lodewijk Frowein, Burgemeester des Ambts Zevenaar Provincie Gelderland, Ambtenaar van de Burgerlijke Staat, het door den Heer Gouverneur dezer provincie ons toegezonden extract uit de registers van de overledenen der Stad Mechelen, wegens het overlijden van Johannis van de Kamp, inboorling dezer Gemeente te Mechelen, in dit register ingeschreven in maniere als volgt:

Uit eene Acte van overlijden ingeschreven in de registers van de overledene der Stad Mechelen, Provincie Antwerpen is getrokken het volgende.

In het jaar duizend acht honderd vijf en twintig den acht en twintigsten Juli ten 10 uren voormiddag zijn voor ons Laurentius Petrus Dusart, Schepen, Officier van den Burgerlijken Stand der Stad Mechelen Provincie Antwerpen verschenen Franciscus Netzler, oud vier en dertig jaeren en Antonius Raoult oud drij en dertig jaren, den eersten opperwagtmeester en den tweeden wagtmeester bij de achtste compagnie van het regiment ligte Dragonders No. 5 in garnisoen binnen deze Stad, welke comparanten ons hebben verklaard, dat gisteren morgen ten acht uren en half overleden is Johannis van de Kamp, hoefsmid, bij gemelde compagnie geboren te Oudzevenaar, provincie Gelderland den dertigsten October duizen zeven honderd zeven en negentig wonende in deze stad wijk D No. 197 in de Augustijne straat. Echtgenoot van Elisabeth van de Weering zone van Petrus van de Kamp en van Johanna Aufman. – Naar voorlezing van den tegenwoordigen akt aan de comparanten hebben zij denzelven met ons geteekend. – Gedaan te Mechelen den dag, maand en jaar als boven – /getekend:/ Netzler. Raoult. Duvart.- Voor eensluidend extract afgegeven te Mechelen den 29 July 1825. De Schepen, beambte van den Burgerlijke Stand. – /get:/ Duvart

En hebben wij voormeld extract na door ons te zijn geparafeerd aan een dubbele register geannexeerd en deze getekend.’
Frowein

 

Dank ben ik verschuldigd aan Jan Alfrink en Hans van der Schoot voor het archiefonderzoek in Haarlem, Harry van de Kamp voor het onderzoek in het C.B.G. te Den Haag en Drs. Stef de Bugter uit Middelrode voor de Latijnse vertaling.

Jos van de Kamp

Terug
Naar schema van de Kamp